Siponimod (Mayzent) bij MS

Voor wie?

Siponimod is een tweedelijns medicijn om MS, multiple sclerose, te remmen. Het is bedoeld voor de behandeling van secundair progressieve MS (SPMS). De arts schrijft het alleen voor bij mensen met SPMS die schubs hebben of bij wie nieuwe ziekteactiviteit te zien is op de MRI-scan. Siponimod is schadelijk voor een ongeboren kind, dus dit medicijn is niet geschikt als je zwanger wilt worden.

Hoe werkt siponimod?

Siponimod remt het afweersysteem. Bij MS valt het afweersysteem het eigen lichaam aan. Er ontstaan ontstekingen in het centrale zenuwstelsel. Door het afweersysteem te remmen ontstaan er minder snel ontstekingen. Het aantal schubs neemt af en je gaat minder snel achteruit. Het kan wel een aantal maanden duren voordat je klachten minder worden. Samen met ozanimod, ponesimod en fingolimod behoort siponimod tot de S1P-modulatoren.

Hoe gebruik je siponimod?

Siponimod zit in een pil. Je kunt het met of zonder maaltijd nemen. Je neemt dit medicijn 1 keer per dag met een half glas water.

Bijwerkingen van siponimod

Medicijnen hebben vaak bijkomende effecten, ook wel bijwerkingen genoemd. Sommige mensen hebben veel bijwerkingen bij een bepaald medicijn, terwijl anderen er bijna geen last van hebben. Bij het gebruik van siponimod kun je onder andere de volgende bijwerkingen krijgen:

• hoofdpijn
• hoge bloeddruk
• minder goede werking van de lever
• trage hartslag
• meer kans op infecties
• iets verhoogde kans op huidkanker

Overleg met de zorgverlener

Op de volgende momenten is het goed om contact op te nemen met de arts of MS-verpleegkundige:

• als je naast siponimod andere medicijnen wilt gaan gebruiken
• als je bijwerkingen krijgt
• als je gevaccineerd gaat worden
• als je wilt stoppen met het gebruik van dit medicijn
• als je zwanger wilt worden

 Onderzoeken bij het gebruik van siponimod

Voor de start met dit medicijn controleert de arts je bloedwaarden, hartslag en bloeddruk. In het eerste jaar controleert de arts het bloed regelmatig. Daarna is er 2 keer per jaar een bloedcontrole. Ook is er dan weer een controle van de hartslag en de bloeddruk. De arts houdt de voortgang van de MS bij via MRI-scans.